tomatensoep
Door: Martine
Blijf op de hoogte en volg Martine
19 November 2007 | Costa Rica, San José
Deze week begon voor de verandering met veldwerk. Omdat het vorige week bijna alleen maar regende, had ik mijn regenjas meegenomen en me niet ingesmeerd met zonnebrand. Zul je natuurlijk zien dat het opeens heel zonnig was, als jullie vinden dat het weer in Nederland onstuimig is, dan moet je eens hierheen komen. De plantage waar ik maandag heen ging, Fama, is een hele grote plantage, met kabels van 1 km. Normaal zijn er op een plantage bruggetjes over de drainagekanalen die tussen de kabels lopen. Zo niet hier, en aangezien ik 1 punt per kabel wilde doen, betekende dat heel veel lopen, in totaal wel een km of 7-8. In de brandende zon is dat geen pretje(ze waren de halve plantage aan het herplanten zodat we geen schaduw hadden van de planten). Maar goed alles beter dan de stromende regen van een week eerder.
Op dinsdag begon het 2de nationale bananen congres. Er sliepen dus een heleboel mensen in het guesthouse, waaronder Jetse; mijn begeleider van de universiteit. Omdat er belangrijke gasten waren, was het ontbijt en stuk luxer dan normaal. Er was een cubaanse man en hij wilde de gallo pinto (rijst met bonen) niet. Hij vroeg om een tortilla con queso(een tortilla met kaas). Flor, de kok, bracht hem inderdaad twee tortilla’s met een plak kaas erop. Maar deze fijne cubaan stuurde het gewoon terug, hij bedoelde een spaanse tortilla (een omelet dus). Fijn zo’n werelddeel waar ze allemaal dezelfde taal spreken, maar woorden wel verschillende betekenissen hebben. Bovendien vond ik het nogal asociaal om om iets te vragen en het ook nog terug te sturen. Het is natuurlijk geen hotel of restaurant en het is toch een beetje eten wat de pot schaft. Jetse merkte dit ook op tijdens het ontbtijt, wel in het nederlands hoor. S’middags begon het congres waar ik eigenlijk helemaal niet heen zou gaan, maar ik moest om 4 uur naar de dokter en het was efficienter als ik eerst mee ging. Ik kreeg een echte Corbana-tas, nu hoor ik er helemaal bij. Om 4 uur was het tijd voor de dokter, ik wilde helemaal niet, want ik was bang dat hij weer zou zeggen dat ik een week niet het veld in mocht. Had ik eerst een ontsteking in mijn linkerbeen, nu zat dezelfde ontsteking in mijn rechterbeen. Gelukkig nog wel minder erg dan 3 weken eerder. Hij had meteen door dat ik weer in het veld was geweest, maar gelukkig snapte hij ook dat dat noodzakelijk was voor mijn onderzoek. Ik moest in het vervolg laarzen en een shirt met lange mouwen aan in het veld. Dit om ervoor te zorgen dat ik geen wondjes meer krijg die kunnen gaan ontsteken en dat mijn voeten minder snel nat worden. Na de dokter moest ik dus op laarzenjacht. Probeer maar eens hoge laarzen met een goed profiel in maat 37 te vinden, dat is bijna onmogelijk. Ik heb ze toch gevonden en meteen een paar nep-Crocs voor 4 euro gekocht. Woensdag waren alle presentaties van bodemkunde en omdat ik het wel interessant vind om te weten waar mijn begeleiders mee bezig zijn, ging ik toch maar weer naar het congres. Alle presentaties waren in het spaans, zelfs die van Jetse, maar omdat er een hoop plaatjes bij waren en het natuurlijk voor een groot deel over bekende dingen ging, kon ik het beter volgen dan ik had verwacht. De meest interessante presentatie over kleimineralen werd gegeven door een man die zo ontzettend snel praatte, dat zelfs Tico’s er moeite mee hadden, dat was dus pech hebben. Nadat het congres was afgelopen ging ik snel naar huis om te koken en te eten. Toen ik net de pompoen stond te snijden, kwamen de andere gasten terug. Eerst dachten ze dat ik de kok was, die voor hun aan het koken was (1 blik op de ingredienten en ze hadden kunnen zien dat het voor 2, hooguit 3 personen was). Toen ik uit had gelegd dat ik gewoon voor mezelf aan het koken was, vond 1 man het nodig mij de keuken rond te commanderen op zoek naar glazen en ijs voor hun drank. Hij was wanhopig op zoek naar eten, begon in alle kastjes te kijken en haalde de helft van mijn voorraad uit mijn kastje en wilde dat naar de tafel brengen. Toen ik hem vriendelijk vroeg (eigenlijk was ik best boos, maar ok) of hij dat terug wilde zetten omdat het van mij was, begreep hij volgens mij pas dat ik ook in het geusthouse woonde en bij Corbana werkte. Toen wist ik ook meteen waarom mijn appels en mijn fles drinken op waren. Ondanks dat Corbana van de overheid is, denken grote produceerders en andere belangrijke mannen dat het van hun is en zo gedragen ze zich dus ook, een paar uitzonderingen daar gelaten.
Dodnerdag was het tijd om met Jetse en Gert Kema (een andere Nederlander, die ook bij het congres was) het veld in te gaan. We gingen naar Cartagena, vooral omdat het dichtbij was, en ik had een paar punten uitgezocht, met hele verschillende bodems. Ik was wel een beetje zenuwachtig, want ik wilde toch wel dat hij een goede indruk van mijn werk kreeg, maar dat is geloof ik wel gelukt. Deze keer ging ik niet mee naar het congres, het ging over nematologie, waar ik waarschijnlijk weinig van zou kunnen volgen en ik voelde me niet echt lekker. Ik had wat koorts, waarschijnlijk was de antibiotica nog niet aangeslagen. Vroeg op bed dus! Vrijdag zou een kort dagje zijn omdat het nieuwe lab geopend zou worden. De opening begon om 10 uur met allerlei praatjes van de directeur van Corbana, de minister van wetenschap en technologie (een vrouw!) en zelfs een priester. Tijdens die praatjes heb ik uitgerekend hoeveel kralen er in mijn nieuwe armband zaten, het zijn er 1466!! Om twaalf uur was er een lunch, die bestond uit: rijst (hoe kan het ook anders), salade, groenten, kip in saus en rundvlees in rode wijn. Heel erg lekker, maar veel te veel, en ik had nog wel om weinig rijst en meer sla gevraagd. De helft van het vlees ik aan een van de labassistenten gegeven, hij was er erg blij mee. Ik had de hele dag al zin om te koken, dus heb ik Jetse en Gert te eten gevraagd. Ze hadden nog geen plannen en hadden wel zin in iets gezonds, zonder rijst en vlees. Nou dat kwam mooi uit. S’middags heb ik met Jetse over mijn onderzoek en alle data gepraat. Ook dit ging goed, maar ik had me na donderdag al geen zorgen meer gemaakt.
Ik zou totmatensoep maken, daar had ik zin in en het was gezond. Omdat ik natuurlijk niet alle boodschappen had moest ik nog even met de bus naar Gaupiles. Ze hadden gevraagd of ik of een paar biertjes of een bepaalde wijn mee wilde nemen, als ze die hadden. Nou de wijn was er wel, maar die koste 10.000 Colones (14 euro) en dat vond ik toch wel wat veel, ondanks dat Jetse hem zou betalen. Het ging natuurlijk weer regenen 5 minuten voordat ik de bus uit moest, op de een of andere manier gebeurt dat altijd. Thuis ging ik snel koken want het was al half zeven. Bij gebrek aan een food-processor moest de tomatensoep in de blender. Maar toen ik dat deed kreeg ik een fontein van soep uit de tuit van de blender, tot groot vermaak van Jetse natuurlijk. Uiteindelijk was er toch nog meer soep in de blender gebleven dan er op het aanrecht lag en ik had het opgeruimd voordat er foto’s gemaakt konden worden. De Cubaan van de tortilla’s was er ook weer, maar omdat hij niet eens goedendag zei hadden ze hem niet uitgenodigd voor het eten. Het eten was lekker en er werden allerlei mooie verhalen over eerdere reizen verteld. En gelukkig kenden zij wel de Ik-kook-dus-jullie-mogen-afwassen-regel. Maar ik was ook druk aan het opruimen hoor, want de keuken was een beetje een slagveld geworden. Mensen die mij wel eens hebben zien koken weten hoe dat eruit ziet. Om half elf was het duidelijk tijd om naar bed te gaan.
Mariette en Sytske zouden pas op zondag terug in Costa Rica zijn, dus ik kon hun niet opzoeken. Maar misschien was dat maar beter ook, ik was echt heel erg moe en voelde me nog steeds niet heel erg lekker. Een weekendje rust was dus wel welkom. Zaterdag ben ik naar Gaupiles gegaan om een broek te kopen. Deze keer is het wel gelukt, maar het is wel een spijkerbroek geworden, want die kan ik thuis ook nog aan. Ook heb ik een zilveren armband gekocht waar mijn zelf gemaakte kralen aan kunnen. Helaas regende het bijna de hele tijd, dus echt lekker shoppen was er niet bij. Thuis heb ik gelezen en de armband voor de vrouw van Roddy agfemaakt.
Vandaag was het zondag-wasdag. Ik heb hier een paarse tas gekocht, maar die had afgegeven op mijn lichtgroene broek. De vlekken gingen er niet uit in de was, hier wassen ze namelijk met koud water en dan kan er nog zoveel chloor in het wasmiddel zitten, echt erge vlekken gaan er niet uit. Ik heb dus de paarse tas en de groene broek samen in de wasmachine gedaan en nu is de broek groen met een egale paarse waas. Ik weet niet of ik hem nog naar kantoor aan kan, maar het veld is zeker geen probleem. (ik was toch al van plan de broek hier achter te laten)
Groetjes en tot volgende week!
Op dinsdag begon het 2de nationale bananen congres. Er sliepen dus een heleboel mensen in het guesthouse, waaronder Jetse; mijn begeleider van de universiteit. Omdat er belangrijke gasten waren, was het ontbijt en stuk luxer dan normaal. Er was een cubaanse man en hij wilde de gallo pinto (rijst met bonen) niet. Hij vroeg om een tortilla con queso(een tortilla met kaas). Flor, de kok, bracht hem inderdaad twee tortilla’s met een plak kaas erop. Maar deze fijne cubaan stuurde het gewoon terug, hij bedoelde een spaanse tortilla (een omelet dus). Fijn zo’n werelddeel waar ze allemaal dezelfde taal spreken, maar woorden wel verschillende betekenissen hebben. Bovendien vond ik het nogal asociaal om om iets te vragen en het ook nog terug te sturen. Het is natuurlijk geen hotel of restaurant en het is toch een beetje eten wat de pot schaft. Jetse merkte dit ook op tijdens het ontbtijt, wel in het nederlands hoor. S’middags begon het congres waar ik eigenlijk helemaal niet heen zou gaan, maar ik moest om 4 uur naar de dokter en het was efficienter als ik eerst mee ging. Ik kreeg een echte Corbana-tas, nu hoor ik er helemaal bij. Om 4 uur was het tijd voor de dokter, ik wilde helemaal niet, want ik was bang dat hij weer zou zeggen dat ik een week niet het veld in mocht. Had ik eerst een ontsteking in mijn linkerbeen, nu zat dezelfde ontsteking in mijn rechterbeen. Gelukkig nog wel minder erg dan 3 weken eerder. Hij had meteen door dat ik weer in het veld was geweest, maar gelukkig snapte hij ook dat dat noodzakelijk was voor mijn onderzoek. Ik moest in het vervolg laarzen en een shirt met lange mouwen aan in het veld. Dit om ervoor te zorgen dat ik geen wondjes meer krijg die kunnen gaan ontsteken en dat mijn voeten minder snel nat worden. Na de dokter moest ik dus op laarzenjacht. Probeer maar eens hoge laarzen met een goed profiel in maat 37 te vinden, dat is bijna onmogelijk. Ik heb ze toch gevonden en meteen een paar nep-Crocs voor 4 euro gekocht. Woensdag waren alle presentaties van bodemkunde en omdat ik het wel interessant vind om te weten waar mijn begeleiders mee bezig zijn, ging ik toch maar weer naar het congres. Alle presentaties waren in het spaans, zelfs die van Jetse, maar omdat er een hoop plaatjes bij waren en het natuurlijk voor een groot deel over bekende dingen ging, kon ik het beter volgen dan ik had verwacht. De meest interessante presentatie over kleimineralen werd gegeven door een man die zo ontzettend snel praatte, dat zelfs Tico’s er moeite mee hadden, dat was dus pech hebben. Nadat het congres was afgelopen ging ik snel naar huis om te koken en te eten. Toen ik net de pompoen stond te snijden, kwamen de andere gasten terug. Eerst dachten ze dat ik de kok was, die voor hun aan het koken was (1 blik op de ingredienten en ze hadden kunnen zien dat het voor 2, hooguit 3 personen was). Toen ik uit had gelegd dat ik gewoon voor mezelf aan het koken was, vond 1 man het nodig mij de keuken rond te commanderen op zoek naar glazen en ijs voor hun drank. Hij was wanhopig op zoek naar eten, begon in alle kastjes te kijken en haalde de helft van mijn voorraad uit mijn kastje en wilde dat naar de tafel brengen. Toen ik hem vriendelijk vroeg (eigenlijk was ik best boos, maar ok) of hij dat terug wilde zetten omdat het van mij was, begreep hij volgens mij pas dat ik ook in het geusthouse woonde en bij Corbana werkte. Toen wist ik ook meteen waarom mijn appels en mijn fles drinken op waren. Ondanks dat Corbana van de overheid is, denken grote produceerders en andere belangrijke mannen dat het van hun is en zo gedragen ze zich dus ook, een paar uitzonderingen daar gelaten.
Dodnerdag was het tijd om met Jetse en Gert Kema (een andere Nederlander, die ook bij het congres was) het veld in te gaan. We gingen naar Cartagena, vooral omdat het dichtbij was, en ik had een paar punten uitgezocht, met hele verschillende bodems. Ik was wel een beetje zenuwachtig, want ik wilde toch wel dat hij een goede indruk van mijn werk kreeg, maar dat is geloof ik wel gelukt. Deze keer ging ik niet mee naar het congres, het ging over nematologie, waar ik waarschijnlijk weinig van zou kunnen volgen en ik voelde me niet echt lekker. Ik had wat koorts, waarschijnlijk was de antibiotica nog niet aangeslagen. Vroeg op bed dus! Vrijdag zou een kort dagje zijn omdat het nieuwe lab geopend zou worden. De opening begon om 10 uur met allerlei praatjes van de directeur van Corbana, de minister van wetenschap en technologie (een vrouw!) en zelfs een priester. Tijdens die praatjes heb ik uitgerekend hoeveel kralen er in mijn nieuwe armband zaten, het zijn er 1466!! Om twaalf uur was er een lunch, die bestond uit: rijst (hoe kan het ook anders), salade, groenten, kip in saus en rundvlees in rode wijn. Heel erg lekker, maar veel te veel, en ik had nog wel om weinig rijst en meer sla gevraagd. De helft van het vlees ik aan een van de labassistenten gegeven, hij was er erg blij mee. Ik had de hele dag al zin om te koken, dus heb ik Jetse en Gert te eten gevraagd. Ze hadden nog geen plannen en hadden wel zin in iets gezonds, zonder rijst en vlees. Nou dat kwam mooi uit. S’middags heb ik met Jetse over mijn onderzoek en alle data gepraat. Ook dit ging goed, maar ik had me na donderdag al geen zorgen meer gemaakt.
Ik zou totmatensoep maken, daar had ik zin in en het was gezond. Omdat ik natuurlijk niet alle boodschappen had moest ik nog even met de bus naar Gaupiles. Ze hadden gevraagd of ik of een paar biertjes of een bepaalde wijn mee wilde nemen, als ze die hadden. Nou de wijn was er wel, maar die koste 10.000 Colones (14 euro) en dat vond ik toch wel wat veel, ondanks dat Jetse hem zou betalen. Het ging natuurlijk weer regenen 5 minuten voordat ik de bus uit moest, op de een of andere manier gebeurt dat altijd. Thuis ging ik snel koken want het was al half zeven. Bij gebrek aan een food-processor moest de tomatensoep in de blender. Maar toen ik dat deed kreeg ik een fontein van soep uit de tuit van de blender, tot groot vermaak van Jetse natuurlijk. Uiteindelijk was er toch nog meer soep in de blender gebleven dan er op het aanrecht lag en ik had het opgeruimd voordat er foto’s gemaakt konden worden. De Cubaan van de tortilla’s was er ook weer, maar omdat hij niet eens goedendag zei hadden ze hem niet uitgenodigd voor het eten. Het eten was lekker en er werden allerlei mooie verhalen over eerdere reizen verteld. En gelukkig kenden zij wel de Ik-kook-dus-jullie-mogen-afwassen-regel. Maar ik was ook druk aan het opruimen hoor, want de keuken was een beetje een slagveld geworden. Mensen die mij wel eens hebben zien koken weten hoe dat eruit ziet. Om half elf was het duidelijk tijd om naar bed te gaan.
Mariette en Sytske zouden pas op zondag terug in Costa Rica zijn, dus ik kon hun niet opzoeken. Maar misschien was dat maar beter ook, ik was echt heel erg moe en voelde me nog steeds niet heel erg lekker. Een weekendje rust was dus wel welkom. Zaterdag ben ik naar Gaupiles gegaan om een broek te kopen. Deze keer is het wel gelukt, maar het is wel een spijkerbroek geworden, want die kan ik thuis ook nog aan. Ook heb ik een zilveren armband gekocht waar mijn zelf gemaakte kralen aan kunnen. Helaas regende het bijna de hele tijd, dus echt lekker shoppen was er niet bij. Thuis heb ik gelezen en de armband voor de vrouw van Roddy agfemaakt.
Vandaag was het zondag-wasdag. Ik heb hier een paarse tas gekocht, maar die had afgegeven op mijn lichtgroene broek. De vlekken gingen er niet uit in de was, hier wassen ze namelijk met koud water en dan kan er nog zoveel chloor in het wasmiddel zitten, echt erge vlekken gaan er niet uit. Ik heb dus de paarse tas en de groene broek samen in de wasmachine gedaan en nu is de broek groen met een egale paarse waas. Ik weet niet of ik hem nog naar kantoor aan kan, maar het veld is zeker geen probleem. (ik was toch al van plan de broek hier achter te laten)
Groetjes en tot volgende week!
-
23 November 2007 - 18:12
Winan:
Je bent me ereen, mensen die lullig doen
niet mee vragen te eten en met dat wassen wordt het ook niks. Ik moet wel lachen om je verhalen. Je moete ze goed bewaren. Hoe is het nu met je gezondheid??? Als je terugkomt lekker uitrusten
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley